Het hoofddoel van POP 1 is om jou als student meer inzicht te laten krijgen in wie je bent als en persoon en als (toekomstig) operationeel leidinggevende. De focus van dit OLOD ligt dit academiejaar dan ook zowel op de ontwikkeling van jezelf als persoon, als op je leiderschapsontwikkeling. Om deze ontwikkeling in woord en/of beeld te brengen geven we jou doorheen het jaar enkele opdrachten.
De volgende doelstellingen worden voorop gesteld:
D1: De student kijkt kritisch naar zijn/haar persoonlijk en professioneel functioneren. (GI: 1.1, 1.2, 1.3, 8.1, 8.2, 8.3, 9.1, 9.2, 9.3)
D2: De student formuleert SMART doelstellingen (leaderschipgoals) om richting te geven aan zijn persoonlijk ontwikkelingsplan en evalueert deze. (GI: 1.1, 1.2, 1.3, 9.1, 9.2, 9.3)
D3: De student reflecteert eerlijk en kritisch over de persoonlijke leiderschapsontwikkeling en evalueert deze op basis van de te bereiken leerruitkomsten (deel 1) en de daaraan gekoppelde gedragsindicatoren. (GI: 1.1, 1.2, 1.3, 8.1, 8.2, 8.3, 9.1, 9.2, 9.3, 9.4)
D4: De student coacht zijn medestudenten bij het realiseren van zijn/haar POP en reflecteert over de feedback die hij gegeven heeft/ontvangen heeft van studenten/docenten. (GI 1.1, 1.2, 1.3, 3.6, 7.1, 8.1, 8.2, 8.3, 9.1, 9.2, 9.3, 9.4)
D5: De student respecteert bij schriftelijke communicatie de vereisten ivm taal, spelling, lay out en lengte van de verslaggeving. (GI: 9.1, 9.2, 9.3, 9.4)
Draagt bij tot de gedragsindicatoren: 1.1, 1.2, 1.3, 3.6, 7.1, 8.1, 8.2, 8.3, 9.1, 9.2, 9.3, 9.4
Toetst de gedragsindicatoren: 1.1, 1.2, 1.3, 3.6, 7.1, 8.1, 8.2, 8.3, 9.1, 9.2, 9.3, 9.4